Over sperren
Het zetten van een sper is een goed tactisch aanvalswapen.
Er zijn
verschillende vormen van sperren en zij kunnen in verschillende variaties
worden gebruikt. Als de trainer een klein beetje fantasie heeft kan hij
bepalen welke vorm van sperren het best past bij de speelsters en kan dan
hieraan werken met relevante oefeningen.
De meest essentiële
onderdelen voor een geslaagde sper zijn:
1. De aanzet kan zo lang
mogelijk verborgen worden, zodat de tegenstander geen tegen maatregel kan
ondernemen.
2. De sper is op tijd en precies. De sper wordt op het juiste
moment geplaatst als de werpster zichzelf in een goede worppositie brengt.
3. De speelsters hebben een beginsignaal voor de sper: spelen van passes,
stuiteren, oogcontact of iets, dat aangeeft dat het nu tijd is om het
getrainde in praktijk te brengen (in starten, sperren , spelen van passes)
MAAR DENK ER AAN: alle sperren moeten volgens de spelregels worden
uitgevoerd.
Het is toegestaan om de tegenstander te sperren of zij nu
wel of niet in balbezit is.
Het is niet toegestaan om de tegenstander te
sperren met armen, handen of benen..
Hieronder worden enige vormen
van sperren genoemd:
1. Frontale sper – om een sper te zetten met je
gezicht naar de tegenstander.
2. Frontale sper – om een sper te zetten
met je rug naar de tegenstander.
3. Zijwaartse sper – om een sper te
zetten met je gezicht naar de tegenstander
4. Zijwaartse sper – om een
sper te zetten met je rug naar de tegenstander
5. Schuine sper – om een
sper te zetten met je rug naar de tegenstander
6. Schuine sper – om een
sper te zetten met je gezicht naar de tegenstander (Russische sper)
Over het oefenen van sperren.
Enkele van de
oefeningen worden basisoefeningen genoemd, d.w.z. oefeningen waarbij de
speelsters tijdens de trainingen steeds andere posities innemen. (zetter van
de sper of werper).
.Maar zijn kunnen ook als verdedigsters en
teamgenoten fungeren.
Deze basisoefeningen zijn vooral goed voor
jeugdspeelsters, waar de speelsters leren de verschillende manieren van
sperren voor de verschillende aanvalsposities te spelen. Hierdoor hebben zij
meer mogelijkheden om gebruik te maken van sperren, onafhankelijk van hun
eigen plaats in het veld..
Bij de andere oefeningen is het normaal, dat
de speelsters altijd de oefeningen op hun eigen positie uitvoeren. Hierbij
traint de speelster de specifieke onderdelen, die zij moet beheersen binnen
het samenspel om tot een score te komen.
De speelsters kunnen echter soms
van positie wisselen tijdens de trainingen om te kijken hoe het op die
positie werkt. De oefeningen voor het zetten van de sper worden meestal
weergegeven voor rechtshandige speelsters. Voor linkshandige speelsters
kunnen de oefeningen omgekeerd worden getraind. Veel van de oefeningen
kunnen aan beide zijden worden uitgevoerd. Het zorgt er voor, dat de
speelsters meer all-round worden en minder afhankelijkzijn van hun normale
positie.
Sperren bij spelsituaties/afronden:
De voorbeelden kunnen
aangeven hoe een team in sommige snelle afrondingscombinaties, waarbij
gebruik wordt gemaakt van een sper, tot een bepaalde scoringskans kan komen.
In de afrondingsfase moet worden op een natuurlijke wijze worden gevarieerd,
afhankelijk van verdediging van de tegenstander.
Het spel in de
afrondingsfase kan spontaan worden uitgevoerd, gebuikmakend van de basis,
maar kan ook als systeem worden getraind. Het is belangrijk dat de
speelsters weten hoe zij om moeten gaan met situaties, waarbij de een
scoringskans niet tot stand komt of de tegenstander in een snelle
tegenaanval gaat. voor.
Hieronder een aantal voorbeelden van de
afrondingsfase.
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Vertaler: Karl Elings – Westervoort |